![]() |
Betekenis van het wapen
|
![]() |
Betekenis van de kleuren
|
![]() |
Betekenis van de kleuren
|
Suriname telt ongeveer 534.189 inwoners. De bevolking bestaat uit verschillende etnische groepen.
Het grootste deel van de bevolking woont aan de kustvlakte (in Paramaribo) en omstreken.
De oorspronkelijke bewoners van Suriname zijn de Indianen. Na de ontdekking van Amerika door Columbus, kwamen in de 17e eeuw de Europese kolonisten. Deze kolonisten hebben de neger slaven uit Afrika gehaald om op door hen opgezette plantages te werken. Door de slechte behandeling van de slaven zijn vele van hen gevlucht naar de bossen van Suriname. De afstammelingen van deze gevluchte slaven, de Marrons, wonen nog steeds in het binnenland van Suriname.
In 1863 werd officieel de slavernij afgeschaft, waardoor de kolonisten genoodzaakt waren contractarbeiders te halen. De vrij verklaarde slaven wilden niet meer op de plantages werken. Na het afschaffen van de slavernij zijn de volgende contractarbeiders naar Suriname gehaald: Chinezen, Hindoestanen en Javanen.
Chinezen
Tussen 1853 en 1870 zijn er 3000 Chinezen als contractarbeiders naar Suriname gekomen. Zij waren de eerste contractarbeiders in Suriname en werden tewerkgesteld op de suikerplantage Catharina Sophia. Zij hadden een contract van 5 jaar. Na afloop van hun contract hebben ze de plantages verlaten en de meeste hebben een winkel geopend. Momenteel hebben de Chinezen hun eigen verenigingsgebouw Kong Ngie Tong aan de Dr. Sophie Redmondstraat (Dr. Sophie Redmond was de eerste Surinaamse vrouwelijke arts).
Hindoestanen
Tussen 1873 en 1916 zijn de Hindoestanen als contractarbeiders naar Suriname gekomen. Op 5 juni 1873 kwam het eerste schip de Lalla Rookh met de eerste Hindoestaanse contractarbeiders aan. De Lalla Rookhweg is naar deze boot vernoemd. In deze straat staat ook het inmiddels gerenoveerde gebouw Lalla Rookh. Het gebouw heeft de vorm van een boot. Ter herdenking van deze dag (5 juni 1873) staat momenteel een monument “Baba en Mai ” bij Fort Zeelandia.
Javanen
Tussen 1890 en 1914 kwamen ook Javanen uit Indonesië (Java) als contractarbeiders naar Suriname. De eerste groep werd op de suikerplantage Mariënburg in het district Commewijne geplaatst. In totaal zijn er 32.956 Javanen naar Suriname gekomen, waarvan 7.684 terug zijn gekeerd.
Voor 25 november 1975
Suriname is tot 25 november 1975 kolonie geweest van Koningrijk der Nederlanden. In het land was een gouverneur, die vergeleken kan worden met de huidige president. Het huidige presidentieel paleis was voorheen de gouverneurswoning.
Na 25 november 1975
Sinds 25 november 1975 is Suriname een democratische republiek met aan het hoofd de President, maar De Nationale Assemblee (DNA) is als volksvertegenwoordiging het hoogste politieke orgaan. DNA wordt ook wel het parlement van Suriname genoemd.
Verkiezingen
Er worden om de 5 jaar verkiezingen gehouden in Suriname. Bij deze verkiezingen kiest het volk hun vertegenwoordigers voor de district- en ressortraden. De leden van DNA worden dus door het volk gekozen, terwijl de president door DNA wordt gekozen. Om de president te kiezen heeft DNA minimaal 2/3 deel van de stemmen nodig. Indien het aantal stemmen niet gehaald wordt, zal er een tweede stemming plaatsvinden. Bij een eventuele derde stemming bepalen de districts- en ressortraadsleden wie de president wordt. Bij deze stemming bepaald de meerderheid wie de president van de republiek Suriname wordt.